Brein verzamelt gegevens Nederlandse KaZaA'ers
In Nederland zijn er nog geen rechtszaken gevoerd tegen gebruikers van P2P-netwerken, zoals KaZaA. De Stichting Brein probeerde eerder rechtszaken te starten, maar de rechter floot de stichting terug. Nu lijkt de weg echter vrij voor Brein.
Gebruikers van P2P-programma's zijn te herkennen aan hun IP-adres, een uniek computeradres. Om de IP-adressen te verzamelen van internetters die auteursrechtelijk beschermd materiaal uitwisselden, schakelde de Stichting Brein een Amerikaans bedrijf in. De rechter meende dat dit bedrijf niet volgens de juiste methoden gebruikte en wees het verzoek van Brein af.
Inmiddels heeft de Stichting Brein op legale wijze IP-adressen verzameld en wil men de gebruikers van P2P-programma's persoonlijk aanspreken.
Het is echter niet gemakkelijk om de persoonsgegevens bij een IP-adres te achterhalen. Zonder tussenkomst van een rechter zijn internetproviders namelijk niet verplicht om de gegevens van hun klanten prijs te geven. Alleen de providers weten welke persoonsgegevens bij een IP-adres horen.
De Stichting Brein denkt echter dat er op korte termijn een oplossing komt en dat Nederlandse gebruikers van P2P-diensten schadevergoedingen moeten betalen.
